Erfgoed van de week: Het Oude en Nieuwe Gasthuis op de Nieuwstad

Door: Ria Gresnigt


Onrustige heren 1e en 2e klasse, halfrustige dames 3e klasse of rustige heren 2e klasse; ze hadden allemaal hun eigen plek op de plattegrond uit 1931 van het psychiatrisch centrum van het Oude en Nieuwe Gasthuis (ONG) op de Nieuwstad. Tot aan de jaren vijftig van de twintigste eeuw lag het hierop afgebeelde terrein tussen het huidige Stationsplein, de Molengracht, de Lokenstraat en de Basseroord.


Het moet een hele puzzel zijn geweest om elke categorie haar eigen paviljoen met tuin te geven. Behalve het onderscheid in sekse, was er een verschil in klasse. De 1e klasse was afkomstig uit de gegoede stand die hier verbleef tegen een ‘verhoogd kostgeld’, de 2e klasse uit de burgerstand betaalde minder. De 3e klasse uit de behoeftige stand werd gratis opgenomen. Naast sekse en klasse werden de psychiatrisch zieken ook nog gescheiden naar hun gemoedstoestand: rustig, halfrustig of onrustig. Rond 1900 verbleven hier zo’n 520 patiënten, en werkten er drie artsen en zo’n 130 personeelsleden, waarvan er velen ook op het terrein woonden. Al met al een groot medisch bedrijf in het centrum van Zutphen.

Het begin van het Oude en Nieuwe Gasthuis

Dat was een groot verschil met het begin van de gasthuizen. Het Oude Gasthuis aan de Zaadmarkt (gesticht rond 1350) en het Nieuwe Gasthuis aan de Spiegelstraat (gesticht in 1442) waren oorspronkelijk niet bedoeld voor zieken. In eerste instantie waren beide gasthuizen er voor de opvang van de arme hulpbehoevenden. Er was wel een speciaal huis bij het Nieuwe Gasthuis, het ‘pesthuis’, waar bij epidemieën besmette personen opgenomen werden. Na 1458 liet men in dit pesthuis ook patiënten toe als er geen epidemie heerste.
Er was geen arts aanwezig; de behandeling van de zieken werd overgelaten aan de stadschirurgijn, wiens voornaamste werk bestond uit aderlating en wondbehandeling. Maar hij deed ook staaroperaties, breukoperaties, zette ledematen af en verwijderde kiezen. Zijn opleiding kreeg hij in de praktijk van een andere chirurgijn. Hij werd door de stad benoemd en kreeg een jaarloon, waarvoor hij de armen gratis moest behandelen.

Sinds het midden van de 16e eeuw werden er in de gasthuizen ook psychiatrische patiënten opgenomen die een gevaar vormden voor zichzelf of hun omgeving. Ze werden niet behandeld, maar opgesloten of vastgebonden met een ijzeren band en werden verzorgd door leken.

Het ONG wordt een psychiatrisch ziekenhuis

Financiële moeilijkheden noopten beide gasthuizen om in 1624 te fuseren. Gezamenlijk betrokken zij het oude Sint Catharinaklooster op de Nieuwstad. In de volgende tweehonderd jaar veranderde er niet veel in de opname en behandeling van zieken. Er werd door het ONG wel een aantal huizen in de nabije omgeving opgekocht maar dan voornamelijk voor kostkopers: mensen die hun bezit hadden gegeven aan het gasthuis in ruil voor een levenslange verzorging. Rond 1830 woonden er bijvoorbeeld slechts 26 zieken in het ONG op de Nieuwstad: 20 psychiatrische en 6 somatische patiënten.  

(RAZ )


Maar de ideeën over de geestelijke gezondheidszorg veranderden in de loop van de 19e eeuw. Het ONG begon in 1837 betalende psychiatrische zieken op te nemen en gaf hen een speciale behandeling. Ze werden niet zomaar opgesloten, maar er werd gestreefd naar genezing o.a. door hen meer bewegingsvrijheid en arbeidstherapie te geven. Zo kwamen er werkplaatsen voor naaisters, schoenmakers, kleermakers, timmerlieden en er werkten patiënten op boerderijen. Al gauw kwam van de provincie Gelderland de vraag om 100 psychiatrische patiënten op te nemen. Er werd een arts aangesteld en het ONG groeide uit tot de derde erkende psychiatrische instelling in Nederland, naast Utrecht en Deventer. Omdat er voor somatische patiënten weinig plaats meer was op de Nieuwstad liet het ONG in 1889 een ziekenhuis voor hen bouwen aan de Coehoornsingel.

Einde van het Oude Nieuwe Gasthuis op de Nieuwstad

In 1899 kocht het ONG het landgoed ‘Groot Graffel’ bij Warnsveld om, naar de mode van die tijd, in het buitengebied een psychiatrisch ziekenhuis te bouwen. In 1902 verbleven er al 175 patiënten. Op de Nieuwstad werd het steeds rustiger. Uiteindelijk luidde de oorlog het einde in van het ONG op de Nieuwstad. Na ernstige beschadigingen in 1944 vertrokken alle psychiatrische patiënten naar het Groot Graffel. In de jaren vijftig werd het ONG op de Nieuwstad ontmanteld.

Meer informatie over het ONG: J. van der Kluit ‘Ziek zijn in Zutphen’ of R. Wartena ‘Oude en Nieuwe Gasthuis Zutphen’. Meer foto’s over het Oude en Nieuwe Gasthuis zijn te vinden in de Collectie beeld en geluid.

Patiënten en personeel in een van de tuinen van het binnengesticht. (RAZ,

 

Psychiater Johannes Nicolaas Ramaer (1817-1887)
bracht na zijn aanstelling bij het ONG in Zutphen in
1842 veel vernieuwende inzichten in de praktijk.
(RAZ 0110_1825_0001)