Erfgoed van de week: Geen geld, geen Zwitsers

Door Bert Fermin


“Geen geld, geen Zwitsers”,
kent u die uitdrukking? Het betekent dat je geld nodig hebt om mensen voor je te winnen om iets voor elkaar te krijgen. Zwitserland stond bekend als een betrouwbare markt voor huursoldaten. Tegenwoordig heeft alleen de paus nog een Zwitserse garde in dienst die in bonte pakjes en exotisch aandoende zestiende-eeuwse helmen en met hellebaarden rondloopt. Maar in de zestiende eeuw  stond half Europa voor ze in de rij. Ook de katholieke Habsburgers maakten graag gebruik van hun diensten.  Zoals de Habsburgs-Spaanse koning Filips II, die de opstandige Nederlanders in het gareel moest zien te houden. Maar is er van die Zwitsers nog iets tastbaars terug te vinden in de Nederlandse bodem? Misschien zakmessen, horloges of chocolade? Nee, helaas. Maar… wel een munt, gevonden door onze kersverse detectie-vrijwilliger Robbin de Jonge.

In de Hoven-Noord in Zutphen wordt momenteel een archeologisch proefsleuven-onderzoek uitgevoerd voor de daar geplande nieuwbouw. Bij dit onderzoek werden onder meer twee kampementen van Staatse (Nederlandse) troepen teruggevonden die de schans bij de brug in De Hoven omsingeld hadden. Die schans was op dat moment in Spaanse handen. We schrijven het jaar 1584. De omsingeling werd geleid door de Duitse graaf Philipp Ernst zu Hohenlohe-Neuenstein-Langenburg. Het Staatse leger bestond overigens maar voor de helft uit Nederlanders, en werd aangevuld met Duitsers, Engelsen, Schotten, Ieren, Fransen, Zweden en ja, ook Zwitsers. De motivatie van deze lieden bestond niet uit nobele idealen zoals het verdedigen van de vrijheid van meningsuiting of de nationale identiteit (van mensen die de meeste huurlingen niet eens konden verstaan), maar uit geld en de mogelijkheid tot plunderen. Soldaten wisselden moeiteloos van partij als dat gunstiger was voor ze. Meer opportunisme dus dan heroïek.

Maar dus een munt. Deze munt is een halve Kreuzer van biljoen (zilver met een hoog kopergehalte). Hij heeft een diameter van 18 millimeter en een gewicht van 0,49 gram. De munt draagt op een zijde het wapen van de Zwitserse stad Fribourg (Freiburg im Üechtland). Er werd in Gelderland niet betaald met Zwitsers geld en het gevonden exemplaar is het eerste uit Zutphen en waarschijnlijk ook de wijde omtrek. Op de keerzijde zien we een kruis met de randtekst “Sanctus Nicolaus”. De naam van een heilige geeft al aan dat Fribourg een katholieke stad was, en de stad gold zelfs als een uitgesproken bolwerk van de contrareformatie. Omdat Zwitserse munten hier dus niet voorkomen, zal hij eerder uit de zak van een “Spanjaard” komen dan uit de zak van een “Nederlander”. Maar in theorie kan hij dus verloren zijn bij een schermutseling tussen twee Zwitsers in een zompige vlakte ver van huis…