Erfgoed van de week: Alchemistisch amulet
Dit zeventiende-eeuwse amulet kwam afgelopen week tevoorschijn bij een archeologisch proefsleuvenonderzoek op de IJsselkade in Zutphen. Het gaat om een schijf van een zilverlegering met een diameter van 49 mm.
De schijf heeft drie doorboringen, die waarschijnlijk zijn gemaakt om de amulet vast te spijkeren of ergens op te naaien. De conservering is vrij slecht, waardoor de tekst niet helemaal te lezen is. Naspeuring leverde enkele vergelijkbare objecten op, die echter geen van alle precies gelijk zijn. Op de ene zijde staat een octagram met de namen van de planeten en hun Latijnse namen op de rand. Op de andere zijde staan enkele alchemistische tekens rond een pentagram, en in het randschrift een zeer slecht leesbare tekst.
Uit vergelijking met andere amuletten weten we dat er waarschijnlijk TETRAGRAMMATON + MARIA en mogelijk AGLA + EMANUEL stond. Het eerste woord betekent “vier letters” en slaat op de naam Jahweh (God). Deze namen werden geacht bescherming te bieden aan de gebruiker en komen regelmatig voor op objecten uit de alchemistische, christelijk-kabbalistische sfeer. Hoewel dergelijke amuletten maar zeer zelden worden gevonden (en zeker niet in opgravingen), werd in 2010 bij de opgraving voor de bouw van het crematorium aan de Voorsterallee een langwerpige vergulde bronzen amulet gevonden met vergelijkbare teksten. Ook die vondst dateert uit de zeventiende eeuw.
Historisch is bekend dat er in de tijd van de Reformatie rond 1600 occulte lieden in en rond Zutphen actief waren. Een van hen was de exorcist Arnt Schimmelpenninck, een voormalig kanunnik van de Sint-Walburgiskerk.