Erfgoed van de week: Watermolens in de Berkel

Eduard Alexander Hilverdink, Watermolens in de Berkel te Zutphen, eind 19e eeuw, Olieverf op doek

Eduard Alexander Hilverdink, Watermolens in de Berkel te Zutphen, eind 19e eeuw, Olieverf op doek

Met maar liefst negen waterraderen vormden de Zutphense stadswatermolens het grootste watermolencomplex aan de Berkel, met onder andere een korenmolen, volmolen en leertouwers- en zeemsbereidersmolen. Kort voordat het complex in 1889 werd gesloopt, heeft Hilverdink het met veel gevoel voor sfeer vereeuwigd.

De Berkel ontspringt in het Duitse Billerbeck als slingerend beekje, stroomt in Nederland gekanaliseerd en getemd verder om na een reis van 110 kilometer uit te monden in de IJssel bij Zutphen. Om de Berkel bevaarbaar te maken en te houden en overstromingen te verminderen, werd er een rechte eentonige rivier van gemaakt. Sinds 2005 wordt meer ruimte aan de rivier teruggegeven met een grotere biodiversiteit en schoner water tot gevolg, zonder toename van de wateroverlast. Door hermeandering van de Berkel tussen Almen en Zutphen ontstaat een dynamische rivier, die door het landschap slingert. Het Berkeldal krijgt een natuurlijker aanzien, met ruimte voor de rivier bij hoogwater en meer gelegenheid voor recreatie.

Eduard Alexander Hilverdink schilderde de watermolens in de Berkel te Zutphen eind negentiende eeuw. Dit werk is pas gerestaureerd door Han Boersma en het is tot en met 21 juni te zien bij de Musea Zutphen in de tentoonstelling Koele Wateren, Schatten uit het Rijks.
In deze tentoonstelling zijn veertig werken uit de collectie van het Rijksmuseum te zien: vier eeuwen kunst met water in de hoofdrol als vriend én vijand. Topstukken uit de collecties van het Stedelijk Museum Zutphen en Museum Henriette Polak zijn hieraan toegevoegd. Dat levert bijzondere combinaties op. Het werk van Hilverdink past heel goed bij de werken van het Rijksmuseum.